Vermogensbelasting omhoog en
omlaag
Het kabinet
is van plan om de belasting op vermogen vanaf 2017 te wijzigen. Kleine
vermogens worden eerder ontzien of hoeven minder belasting te betalen. Grotere
vermogens moeten juist meer belasting gaan betalen.
Verhoging
vrijgesteld vermogen
Het vermogen
waarover je geen belasting hoeft te betalen gaat in 2017 omhoog van € 21.330
per belastingplichtige naar € 25.000. Een gezin gaat dus een vrijstelling
krijgen van € 50.000. Door de verhoging zal een grotere groep mensen geen
vermogensrendementsheffing hoeven te betalen.
Fictief rendement omlaag en omhoog
Boven de
vrijstelling moet je belasting betalen. Daarbij gaat het er niet om hoeveel
winst je hebt gemaakt op je vermogen, maar wordt met een zogenaamde fictieve
rente gerekend. Die fictieve rente staat nu op 4%, waar 30% belasting over
betaald moet worden. Per saldo is dat 1,2% over je vermogen.
In het
nieuwe voorstel rekent de belastingdienst tot vermogens van € 100.000 met een
fictieve rente van 2,9%. Per saldo moet je dus 0,87% belasting over je vermogen
betalen. De fictieve rente zal het kabinet jaarlijks aanpassen en baseren op de
gemiddelde rente in de afgelopen 5 jaar.
Voor
vermogens tussen € 100.000 en € 1.000.000 gaat de fictieve rente omhoog naar
4,7% (per saldo betaal je 1,41% belasting over je vermogen) en daarboven zelfs
naar 5,5% (per saldo betaal je 1,65% belasting over je vermogen).
Weerstand
Over de
wijzigingen in box 3 zal nog een behoorlijk robbertje worden gevochten in het
parlement. Enkele toonaangevende fiscalisten hebben zich inmiddels al een groot
tegenstander verklaard van de wijzigingen. Zij adviseren om de daadwerkelijke
rendementen op vermogen te gaan belasten. Dat ervaren belastingbetalers als
veel rechtvaardiger. Maar volgens het kabinet is dat op dit moment niet
uitvoerbaar omdat dit in de computersystemen op dit moment niet goed geregeld
kan worden en tot veel fouten en bijbehorende procedures kan leiden.
Verhoging schenking voor eigen
huis
Een
belangrijk voorstel voor de woningmarkt is dat het kabinet het plan heeft om
belastingvrij schenken voor een eigen woning structureel te verhogen van nu
ruim € 50.000 naar € 100.000. Deze verhoogde schenkingsvrijstelling gold ook
tot 1 januari van dit jaar. Deze tijdelijke crisismaatregel bleek erg
succesvol.
Veel ouders
maakten van de mogelijkheid gebruik om een groot bedrag aan hun kind te
schenken, zodat zij een eigen huis konden kopen. Dankzij onder meer de
media-aandacht die aan het onderwerp besteed werden, vonden er het niet alleen
schenkingen van een ton plaats maar ook kleinere schenkingen. In een groot
aantal gevallen waren die ook mogelijk onder de normale schenkingsregels.
Nieuw voorstel
Het kabinet
wil de verhoging van de schenkingsvrijstelling naar € 100.000 invoeren per 1
januari 2017. Ook komt er weer verruiming wie aan wie mag schenken. In de
huidige regeling geldt dat de hoge vrijstelling van ruim € 52.000 alleen geldt
voor een schenking van ouders aan hun kind, waarbij het kind een leeftijd
tussen de 18 en 40 moet hebben. In de nieuwe regeling mogen ook opa en oma,
andere familieleden of niet-familie het bedrag schenken. Wel blijft gelden dat
het kind tussen 18 en 40 jaar oud moet zijn.
Wat is er nu al mogelijk?
Zoals zonet
al aangegeven is, geldt er op dit moment nog altijd een vrij royale
vrijstellingsregeling voor ouders om aan hun kind maximaal € 52.752 te schenken
voor de besteding aan een eigen woning. De besteding aan een eigen woning is
ruimer dan alleen de aankoop van een eigen woning. De schenking mag
bijvoorbeeld ook gebruikt worden om de hypotheek (eigenwoningschuld) mee af te
lossen. Of om bij een bestaande woning onderhoud of verbeteringen aan de woning
van te betalen. Of om de restschuld van een verkochte eigen woning af te
lossen.
De
schenkingsvrijstelling geldt eenmalig en je moet als kind tussen de 18 en 40
jaar zijn. Maar ben jezelf 40 jaar of ouder en heb je een partner jonger dan 40
jaar? Dan kun je alsnog gebruik maken van deze eenmalige vrijstelling. Tot
slot: je hoeft niet het hele bedrag van € 52.752 te besteden aan de eigen
woning. Een kind mag het vrijgestelde bedrag van € 52.752 in 1 jaar ook
splitsen. Hij moet minstens € 27.430 gebruiken voor de eigen woning. Het kind
mag zelf bepalen wat hij met de € 25.322 doet.
Overgangsrecht
Heb je in
2015 of 2016 gebruik gemaakt van de huidige lagere schenkingsvrijstelling? Dan
heb je de mogelijkheid om 2017 en 2018 dit schenkingsbedrag aangevuld te
krijgen naar € 100.000.
Direct schenken of lenen en jaarlijks schenken
Veel ouders
zijn graag bereid om hun kinderen een eindje op weg te helpen bij de aankoop
van een eigen woning. Maar ook als ouders op dit moment een goed spaarpotje
hebben, moeten ze natuurlijk ook goed kijken hoe dat met de toekomstige
financiën zit. Misschien hebben ze het spaarpotje later zelf wel nodig als ze
met pensioen gaan. En als er meerdere kinderen zijn is het belangrijk om goede
afspraken te maken om te voorkomen dat een schenking uitmondt in een
familieruzie.
Ouders
kunnen op meer manieren hun kind steunen dan alleen een eenmalige grote
schenking. Een alternatief is bijvoorbeeld om een bedrag aan een kind te lenen
en hiervoor een rente in rekening te brengen. Het kind kan deze rente aftrekken
(tenminste als het een annuïteitenlening is) en de ouders krijgen een hogere
vergoeding dan op hun spaarrekening. Vervolgens kunnen de ouders besluiten om
jaarlijks een bedrag aan hun kind te schenken waarmee het kind een deel of
volledig de maandlasten van de lening kan betalen. Ouders mogen jaarlijks €
5.277 belastingvrij schenken aan hun kind (ongeacht de leeftijd van het kind).
Het gaat goed, maar nog niet
goed genoeg
De
economische groei in Nederland geeft reden voor optimisme, maar Nederland heeft
nog steeds een te hoge werkloosheid die te langzaam daalt en te weinig ruimte
om te groeien. Het kabinet verlaagt daarom structureel de lasten op arbeid,
brengt de koopkracht in balans en gaat door met de ingezette hervormingen.”
Welke gevolgen heeft de Miljoenennota voor jouw portemonnee?
Naast de
koopkracht zullen we met name ingaan op plannen rond de eigen woning en
vermogen. Deze plannen waren grotendeels al uitgelekt en hebben we al eerder
beschreven, maar toch zijn er nog wat kleine wijzigingen.
Algemene koopkrachtplaatjes
De
koopkrachtplaatjes voor de meeste Nederlanders zien er positief uit. 84% van de
huishoudens gaat er op vooruit en slechts 16% gaat er op achteruit. Gemiddeld
gaat de koopkracht met 1,4% omhoog. Waarbij werkenden meer profiteren, met een
gemiddelde stijging van 2,6%. De koopkrachtstijging ontstaat onder andere
doordat we minder inkomstenbelasting gaan betalen. Het belastingpercentage van
de 2e en 3e schijf gaat omlaag. Bovendien wordt de 3e
belastingschijf verlengd zodat je minder snel het hoogste belastingtarief hoeft
te betalen. Ook worden een aantal heffingskortingen aangepast. Afhankelijk van
je persoonlijke situatie pakt dat gunstig of ongunstig uit.
Je eigen koopkrachtplaatje
De
Nederlandse politiek is altijd erg gefocust op koopkrachtplaatjes. Zo zag het
koopkrachtplaatje voor ouderen er bij de oorspronkelijke plannen van het
kabinet nog erg negatief uit (gemiddeld – 1,1%). Reden voor het kabinet om de
plannen om te gooien zodat een gemiddelde gepensioneerde er nu 0,1% op vooruit
gaat.
Hoe je eigen
koopkracht zich ontwikkelt, is erg afhankelijk van je persoonlijke situatie. Op
de site
van de NOS kun je bekijken wat de koopkracht in jouw situatie bij
benadering gaat doen.
Beïnvloedt door persoonlijke situatie
Maar veel
belangrijker nog voor je koopkracht zijn individuele wijzigingen en
beslissingen. Word je bijvoorbeeld werkloos? Dan heeft dit een enorme impact op
je koopkracht. Hetzelfde , maar dan aan de positieve kant, geldt bijvoorbeeld
als je een beter betaalde baan vindt. Of wat dacht je van gezinsuitbreiding?
Maar ook op
kleinere schaal wordt je koopkracht beïnvloedt door de verplichtingen die je
aangaat of juist beëindigt. Denk bijvoorbeeld aan abonnementen, wijzigen van
energieleverancier, tv/internetprovider, enzovoort. In plaats van een
koopkrachtpercentage heb je er veel meer aan om minimaal eens per jaar je
inkomsten en uitgaven eens goed op een rij te zetten. Inzicht in je financiën
helpt je om beslissingen te nemen.
NIBUD en leennormen
Binnenkort
zal het NIBUD het kabinet adviseren over de nieuwe leennormen voor 2016. De
afgelopen jaren gingen de leennormen steeds omlaag, met name doordat de
koopkracht van huishoudens door de crisis en de daarop volgende
overheidsmaatregelen daalde, waardoor huishoudens minder geld te besteden
hadden voor wonen. De vraag is of de positieve koopkrachtcijfers voor volgend
jaar leiden tot hogere woonquotes.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten