Pagina's

donderdag 17 september 2015

Prinsjesdag 2015


Vermogensbelasting omhoog en omlaag
Het kabinet is van plan om de belasting op vermogen vanaf 2017 te wijzigen. Kleine vermogens worden eerder ontzien of hoeven minder belasting te betalen. Grotere vermogens moeten juist meer belasting gaan betalen.
Verhoging vrijgesteld vermogen
Het vermogen waarover je geen belasting hoeft te betalen gaat in 2017 omhoog van € 21.330 per belastingplichtige naar € 25.000. Een gezin gaat dus een vrijstelling krijgen van € 50.000. Door de verhoging zal een grotere groep mensen geen vermogensrendementsheffing hoeven te betalen.
Fictief rendement omlaag en omhoog
Boven de vrijstelling moet je belasting betalen. Daarbij gaat het er niet om hoeveel winst je hebt gemaakt op je vermogen, maar wordt met een zogenaamde fictieve rente gerekend. Die fictieve rente staat nu op 4%, waar 30% belasting over betaald moet worden. Per saldo is dat 1,2% over je vermogen.
In het nieuwe voorstel rekent de belastingdienst tot vermogens van € 100.000 met een fictieve rente van 2,9%. Per saldo moet je dus 0,87% belasting over je vermogen betalen. De fictieve rente zal het kabinet jaarlijks aanpassen en baseren op de gemiddelde rente in de afgelopen 5 jaar.
Voor vermogens tussen € 100.000 en € 1.000.000 gaat de fictieve rente omhoog naar 4,7% (per saldo betaal je 1,41% belasting over je vermogen) en daarboven zelfs naar 5,5% (per saldo betaal je 1,65% belasting over je vermogen).
 Weerstand
Over de wijzigingen in box 3 zal nog een behoorlijk robbertje worden gevochten in het parlement. Enkele toonaangevende fiscalisten hebben zich inmiddels al een groot tegenstander verklaard van de wijzigingen. Zij adviseren om de daadwerkelijke rendementen op vermogen te gaan belasten. Dat ervaren belastingbetalers als veel rechtvaardiger. Maar volgens het kabinet is dat op dit moment niet uitvoerbaar omdat dit in de computersystemen op dit moment niet goed geregeld kan worden en tot veel fouten en bijbehorende procedures kan leiden.

Verhoging schenking voor eigen huis
Een belangrijk voorstel voor de woningmarkt is dat het kabinet het plan heeft om belastingvrij schenken voor een eigen woning structureel te verhogen van nu ruim € 50.000 naar € 100.000. Deze verhoogde schenkingsvrijstelling gold ook tot 1 januari van dit jaar. Deze tijdelijke crisismaatregel bleek erg succesvol.

Veel ouders maakten van de mogelijkheid gebruik om een groot bedrag aan hun kind te schenken, zodat zij een eigen huis konden kopen. Dankzij onder meer de media-aandacht die aan het onderwerp besteed werden, vonden er het niet alleen schenkingen van een ton plaats maar ook kleinere schenkingen. In een groot aantal gevallen waren die ook mogelijk onder de normale schenkingsregels.

Nieuw voorstel
Het kabinet wil de verhoging van de schenkingsvrijstelling naar € 100.000 invoeren per 1 januari 2017. Ook komt er weer verruiming wie aan wie mag schenken. In de huidige regeling geldt dat de hoge vrijstelling van ruim € 52.000 alleen geldt voor een schenking van ouders aan hun kind, waarbij het kind een leeftijd tussen de 18 en 40 moet hebben. In de nieuwe regeling mogen ook opa en oma, andere familieleden of niet-familie het bedrag schenken. Wel blijft gelden dat het kind tussen 18 en 40 jaar oud moet zijn.

Wat is er nu al mogelijk?
Zoals zonet al aangegeven is, geldt er op dit moment nog altijd een vrij royale vrijstellingsregeling voor ouders om aan hun kind maximaal € 52.752 te schenken voor de besteding aan een eigen woning. De besteding aan een eigen woning is ruimer dan alleen de aankoop van een eigen woning. De schenking mag bijvoorbeeld ook gebruikt worden om de hypotheek (eigenwoningschuld) mee af te lossen. Of om bij een bestaande woning onderhoud of verbeteringen aan de woning van te betalen. Of om de restschuld van een verkochte eigen woning af te lossen.
De schenkingsvrijstelling geldt eenmalig en je moet als kind tussen de 18 en 40 jaar zijn. Maar ben jezelf 40 jaar of ouder en heb je een partner jonger dan 40 jaar? Dan kun je alsnog gebruik maken van deze eenmalige vrijstelling. Tot slot: je hoeft niet het hele bedrag van € 52.752 te besteden aan de eigen woning. Een kind mag het vrijgestelde bedrag van € 52.752 in 1 jaar ook splitsen. Hij moet minstens € 27.430 gebruiken voor de eigen woning. Het kind mag zelf bepalen wat hij met de € 25.322 doet.

Overgangsrecht
Heb je in 2015 of 2016 gebruik gemaakt van de huidige lagere schenkingsvrijstelling? Dan heb je de mogelijkheid om 2017 en 2018 dit schenkingsbedrag aangevuld te krijgen naar € 100.000.

Direct schenken of lenen en jaarlijks schenken
Veel ouders zijn graag bereid om hun kinderen een eindje op weg te helpen bij de aankoop van een eigen woning. Maar ook als ouders op dit moment een goed spaarpotje hebben, moeten ze natuurlijk ook goed kijken hoe dat met de toekomstige financiën zit. Misschien hebben ze het spaarpotje later zelf wel nodig als ze met pensioen gaan. En als er meerdere kinderen zijn is het belangrijk om goede afspraken te maken om te voorkomen dat een schenking uitmondt in een familieruzie.
Ouders kunnen op meer manieren hun kind steunen dan alleen een eenmalige grote schenking. Een alternatief is bijvoorbeeld om een bedrag aan een kind te lenen en hiervoor een rente in rekening te brengen. Het kind kan deze rente aftrekken (tenminste als het een annuïteitenlening is) en de ouders krijgen een hogere vergoeding dan op hun spaarrekening. Vervolgens kunnen de ouders besluiten om jaarlijks een bedrag aan hun kind te schenken waarmee het kind een deel of volledig de maandlasten van de lening kan betalen. Ouders mogen jaarlijks € 5.277 belastingvrij schenken aan hun kind (ongeacht de leeftijd van het kind).

Het gaat goed, maar nog niet goed genoeg
De economische groei in Nederland geeft reden voor optimisme, maar Nederland heeft nog steeds een te hoge werkloosheid die te langzaam daalt en te weinig ruimte om te groeien. Het kabinet verlaagt daarom structureel de lasten op arbeid, brengt de koopkracht in balans en gaat door met de ingezette hervormingen.” Welke gevolgen heeft de Miljoenennota voor jouw portemonnee?
Naast de koopkracht zullen we met name ingaan op plannen rond de eigen woning en vermogen. Deze plannen waren grotendeels al uitgelekt en hebben we al eerder beschreven, maar toch zijn er nog wat kleine wijzigingen.

Algemene koopkrachtplaatjes
De koopkrachtplaatjes voor de meeste Nederlanders zien er positief uit. 84% van de huishoudens gaat er op vooruit en slechts 16% gaat er op achteruit. Gemiddeld gaat de koopkracht met 1,4% omhoog. Waarbij werkenden meer profiteren, met een gemiddelde stijging van 2,6%. De koopkrachtstijging ontstaat onder andere doordat we minder inkomstenbelasting gaan betalen. Het belastingpercentage van de 2e en 3e schijf gaat omlaag. Bovendien wordt de 3e belastingschijf verlengd zodat je minder snel het hoogste belastingtarief hoeft te betalen. Ook worden een aantal heffingskortingen aangepast. Afhankelijk van je persoonlijke situatie pakt dat gunstig of ongunstig uit.

Je eigen koopkrachtplaatje
De Nederlandse politiek is altijd erg gefocust op koopkrachtplaatjes. Zo zag het koopkrachtplaatje voor ouderen er bij de oorspronkelijke plannen van het kabinet nog erg negatief uit (gemiddeld – 1,1%). Reden voor het kabinet om de plannen om te gooien zodat een gemiddelde gepensioneerde er nu 0,1% op vooruit gaat.
Hoe je eigen koopkracht zich ontwikkelt, is erg afhankelijk van je persoonlijke situatie. Op de site van de NOS kun je bekijken wat de koopkracht in jouw situatie bij benadering gaat doen.

Beïnvloedt door persoonlijke situatie
Maar veel belangrijker nog voor je koopkracht zijn individuele wijzigingen en beslissingen. Word je bijvoorbeeld werkloos? Dan heeft dit een enorme impact op je koopkracht. Hetzelfde , maar dan aan de positieve kant, geldt bijvoorbeeld als je een beter betaalde baan vindt. Of wat dacht je van gezinsuitbreiding?
Maar ook op kleinere schaal wordt je koopkracht beïnvloedt door de verplichtingen die je aangaat of juist beëindigt. Denk bijvoorbeeld aan abonnementen, wijzigen van energieleverancier, tv/internetprovider, enzovoort. In plaats van een koopkrachtpercentage heb je er veel meer aan om minimaal eens per jaar je inkomsten en uitgaven eens goed op een rij te zetten. Inzicht in je financiën helpt je om beslissingen te nemen.

NIBUD en leennormen

Binnenkort zal het NIBUD het kabinet adviseren over de nieuwe leennormen voor 2016. De afgelopen jaren gingen de leennormen steeds omlaag, met name doordat de koopkracht van huishoudens door de crisis en de daarop volgende overheidsmaatregelen daalde, waardoor huishoudens minder geld te besteden hadden voor wonen. De vraag is of de positieve koopkrachtcijfers voor volgend jaar leiden tot hogere woonquotes.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten